Gaten in wetsvoorstel maatschappelijke ondersteuning (Wmo)
Het wetsvoorstel voor maatschappelijke ondersteuning laat belangrijke steken vallen bij de bescherming van persoonsgegevens. Het wetsvoorstel nodigt gemeenten uit teveel gegevens te verzamelen en teveel gegevens met anderen te delen. De gemeenten mogen de uitvoering van de wet naar eigen goeddunken inrichten, wat ongetwijfeld tot onterechte privacyschendingen zal leiden. Op 7 en 8 juli is het slotdebat over dit wetsvoorstel in de Eerste Kamer. Privacy Barometer schreef de Eerste Kamer naar aanleiding hiervan een brief.
De Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) is onderdeel van de decentralisatie van taken naar gemeenten. De gemeenten worden per 1 januari 2015 verantwoordelijk voor de uitvoering van de maatschappelijke ondersteuning. Als een burger ondersteuning nodig heeft, beoordeelt de gemeente straks welke hulp geboden kan worden. Bij deze beoordeling worden gemeenten wettelijk verplicht zeer breed de persoonlijke situatie van de burger te bekijken. Zo worden maar liefst acht aandachtsgebieden genoemd waar gegevens over verzameld moeten worden, waaronder onderwijs, religieuze overtuiging, betaald werk, hulp volgens de Jeugdwet en de ontvangen ondersteuning volgens de Participatiewet (onder andere bijstand, wajong en sociale werkplaats). Gemeenten zijn straks ook bevoegd veel gegevens te verzamelen over familie, huisgenoten en anderen in het sociale netwerk van de 'cliënt' om te beoordelen waar deze personen kunnen bijspringen. Gemeenten krijgen op deze manier een totaalbeeld van het leven van een burger.
Toestemming
Maar het verzamelen van gegevens is aan wettelijke regels gebonden. De staatssecretaris denkt aan de regels te voldoen door mensen toestemming voor het gebruik van gegevens te laten geven. Volgens de wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) dient toestemming vrijwillig, geïnformeerd en specifiek gegeven te worden, maar daarvan is in het wetsvoorstel geen sprake. Als de burger geen toestemming geeft, krijgt hij namelijk geen of minder ondersteuning. Met dat als gevolg, is toestemming geven dus niet vrijwillig. De rechter heeft hierover al eens een uitspraak gedaan.
Over het vragen van specifieke toestemming voor specifieke doeleinden, wordt in het wetsvoorstel niet gesproken, terwijl dat wel een wettelijk criterium is. De gemeenten kunnen dat blijkbaar zelf naar eigen inzicht invullen.
Daarnaast moet het verzamelen van gegevens volgens de wet noodzakelijk zijn, proportioneel zijn en het minst privacy-schendende alternatief moet gekozen worden. Merkwaardig genoeg, komen deze laatste twee criteria in het wetsvoorstel niet eens voor.
Uitvoering
Gemeenten worden aangemoedigd te experimenteren, waarbij het risico op grote privacy-schendingen voor lief wordt genomen. Ook het College Bescherming Persoonsgegevens waarschuwde hier onlangs voor. De uitwerking van het wetsvoorstel in een beleidsvisie heeft tot goede overwegingen geleid. Maar de conclusie is vervolgens dat gemeenten volledig vrij zijn de uitvoering zelf in te vullen en eigen kaders te scheppen. Dit gaat tot voorzienbare en dus te voorkomen privacy-schendingen leiden. Een wethouder schreef vorige week op zijn blog: "Als gemeenten en instellingen met de oude wet [Wbp, red.] moeten werken in de nieuwe situatie dan wordt het helemaal niks met die integrale aanpak. [..] hameren op bescherming van persoonsgegevens mag geen excuus worden om niet te hoeven (of kunnen) samen werken. En dat gaat op deze manier wel gebeuren. Laten we gegevens gewoon delen waar dat nodig is. En als professionals met gezond verstand naar privacy problemen kijken. En deze vervolgens praktisch oplossen".
Beveiliging
Ook de beveiliging van gegevens is niet afdoende geregeld door het aan de gemeenten zelf over te laten. Uit een onderzoek van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten van november 2013 bleek dat 96% van de gemeenten bij hun automatisering niet aan de normen van gegevensbeveiliging voldoet. Desondanks vindt de staatssecretaris ook hier, dat gemeenten het zelf moeten oplossen. Zijn heilig geloof in het lokale experiment staat behoorlijk bestuur inmiddels flink in de weg.
Lees onze volledige brief hierover aan de Eerste Kamer.
Maandag en dinsdag is het slotdebat in de Eerste Kamer. Aansluitend volgt dinsdag direct de stemming. Kijk hier de livestream.